vrijdag 17 juni 2016

61 - Aquarel, schilderen met waterverf - soms is het net toveren.


John Singer Sargent (1856 -1925)
Venetië - waterverf op papier
Net als zijn illustere voorganger

Turner(1775-1851) al decennia
voor hem werkte Sargent regel-
matig en graag in Venetië 

Afbeelding onder -  de bewaarde
penselen van John Singer Sargent
Een ware waterverf virtuoos.



De aquarel, de schildering in waterverf, het is een prachtige discipline in de kunst die door grote meesters van naam met veel passie werd beoefend.
Daarom is het wat jammer dat er van die hardnekkige misvattingen over blijven bestaan, maar laten we die voor wat ze zijn, het aquarel is een mooie volwaardige techniek in de kunst.

Grote meesters .....  internationaal denk ik dan snel aan schilders als William Turner. John Singer Sargent, Emile Nolde .... ik kan lang  doorgaan met opnoemen, ook in Nederland waren het zeker niet de minsten die er in uitblonken.

Bloei.

Een ware bloeiperiode voor de aquarelleer kunst in Nederland was de tweede helft van de negentiende eeuw, met name dankzij de schilders van De Haagse School en geestverwante kunstenaars, meesters die veel voor de reputatie van de techniek hebben betekend, mede doordat zij zich veel inspanningen deden om de aquarel bij het Nederlandse publiek te promoten. Zo kreeg Koningin Wilhelmina in 1898 bij haar inauguratie een grote collectie aquarellen van de schilders van Pulchri, het bolwerk van de Haagse School, geschonken. De aquarellen waren op fraaie wijze in een soort, speciaal voor de gelegenheid op maat gemaakte, kabinetskast vervat. Slaat men de deuren open dan verschijnt de collectie aquarellen die op ingenieuze wijze aan de binnenkant van de paneeldeuren, maar dan als evenzovele lijsten, in zicht.



Denkend aan Holland....
hoge luchten,een lage horizon
Johan Hendrik Weissenbruch
(1824-1903)
Jaagpad bij Noorden
waterverf op papier

De promotie was nodig want lang zag men het aquarel eerder als studiemateriaal voor nog te maken ander werk, een aquarel werd in de hand bekeken en niet aan de muur De Hagenaars dachten daar inmiddels anders over en richtten de Hollandsche Teekenmaatschappij op die ten doel had het aquarel als een eigen zelfstandige discipline te promoten. Zij organiseerden door het hele land tentoonstellingen en presentaties en brachten hun aquarellen als volwaardige kunst onder de aandacht van een groter publiek.
.
De Haagse scholer Johan Hendrik Weissenbruch die de verdiende erkenning pas laat kreeg wordt nu gezien als de meest bedreven aquarellist onder hen. Hij noemde zijn aquarellen 'zijn patiënten': ''Ik ben hier dokter, die zijn morgenvisite maakt.. Tegen de een zeg ik: wacht ik zal jou een zalfje maken, waar je helemaal van opknapt. Tegen de ander: vrind jij hebt lucht nodig en meer licht.''
Weissenbruch's aquarellen ogen vaak heel spontaan en men zou denken dat ze in de vrije natuur geschilderd werden, maar hij maakte buiten snelle rake krabbels met zwart krijt; ''Ik geef de essentie weer.'' Bezoekers van het atelier wisten te melden dat het letterlijk bezaaid lag met aquarellen, ook op de grond. De uitspraak van 'de vrolijke Weis' dat zijn meest belopenen zijn beste werken waren werd door latere chroniquers wel eens letterlijk genomen.

Mijn Mentor de Dordtse impressionist Daan Mühlhaus, adviseerde me onder het werk van onder andere de Haagse School maar ook de Franse Impressionisten  goed te bestuderen. '' Ga naar De Slegte in Rotterdam en kijk of je daar iets kunt vinden,''    De goede raad volgend vond ik daar in de ramsjt veel over het impressionisme en ook de twee bekende delen van Jos de Gruyter over de Haagse School. Ik verslond die, dat was in een tijd dat er nog niet zoveel literatuur over deze stroming bestond of alleen nog maar voor vaak veel geld antiquarisch te vinden was. De stroom monografieën kwam pas jaren later goed op gang. 
In die tijd was het niet vanzelfsprekend dat je je als beginnend kunstenaar op 'dit soort kunst' oriënteerde, dat was niet bon ton, dat was huisje boompje beestje. Maar ik volgde mijn eigen gevoel, had een onbedwingbare behoefte aan informatie en ik kreeg het virus, een blijvende passie voor (kunst)boeken en een blijvende passie voor kunst.

Jacob Maris (1837-1899)  (detail)
Er is een oeroude discussie over het wel of niet gebruiken van dekverf zoals
ook op deze detail afbeelding van een Jacob Maris te zien is
Kijkt u goed dan ziet u dat behalve in het wit van de balustrade er ook veel
dekverf in de gedempte kleuren mee gemengd werd



Willem Witsen (1860-1923)
Montelbaanstoren aan de Oude 
Schans (detail)
waterverf op papier










De Amsterdamse Impressionisten.
Nog tijdens de bloei van de  Haagse School die traditie werd verschoof het centrum van de ontwikkelingen zich meer en meer naar het oplevende Amsterdam en de kunstenaars die men nu in één adem met de tachtigers noemt.
Kunstenaars willen niet graag in een hokje worden gestopt maar er zijn vaak wel  tendensen en karakteristieken die men op een bepaald moment met elkaar gemeen heeft. Dat gold voor de Hagenaars en ook voor de Amsterdammers.
Was de Haagse school vooral die van het landschap en het interieur, de Amsterdammers ontdekten de stad. Soms bruisend druk en dynamisch in snelle ontwikkeling zoals veel bij George Hendrik Breitner en Isaäc Israëls, maar ook vaak weer verstild zoals in de 'stadslandschappen' van Willem Witsen en Eduard Karsen.

De kritiek op bijvoorbeeld de brede Breitners was vaak niet mals, een criticus vroeg zich bij een aquarel van diens hand af of hij niet per abuis zijn palet  had ingelijst.



George Hendrik Breitner (1857-1923)
Sleeperspaarden op de Dam in Amsterdam.
Let ook op het gebruik van dekverf (chinees wit of gouache)
Meer regel dan uitzondering in het Nederland van die tijd.

Kees Verwey (1900-1995)
Bloemstilleven


In de tweede helft van de vorige eeuw was de Haarlemse meester Kees Verwey de schilder waar je als rechtgeaarde liefhebber niet omheen kon. Hij noemde zichzelf weleens een dualist omdat hij aan de ene kant bijna letterlijk een kind van de tachtigers was en stevig met zijn voeten in de traditie van Floris Verster en Breitner en consorten stond, maar hij ook open stond voor de verworvenheden van de moderne en eigentijdse kunst. Verwey had tot op hoge leeftijd een grote experimenteer en vernieuwingsdrift die tot overtuigende kunst heeft geleid.

Graag deel ik met de lezer een citaat uit een tekst van Kees Verwey dat me nog steeds, net  zoals dat van Weissenbruch, prettig aanspreekt en veel over de liefde voor aquarel weet te vertolken. Ik citeer de meester.
De aquarel. Een aquarellist is iemand die van plassen houdt.
Als je begint moet je al duidelijk zo'n prettig gevoel hebben, van: nou ga ik leuk met die mooie marterpenseel in dat potje water roeren, dat op een tafeltje naast je staat en dan .... ga je die zachte, grappige waterverfkleuren op de doos daarmee bestrijken. Nadat je de penseel geheel in water hebt gedoopt, raak je coquet even aan het kleurtje, dat je wilt maken.  Ha wat doet dat plasje water nu met die droge verf, het lost de verf op en nu gaat het prachtig glanzen. En wat doet nu de natte kwast gevuld met kleurstof op het papier? Ai, daar raak ik met de punt, met de uiterste punt van de kwast aan het papier, onmiddelijk vloeit het water  uit de kwast  over het papier en dan .... O, dan ga je eigenlijk pas goed genieten van de zachte vloeiing van die eerste streek op het maagdelijk wit papier. Want zonder genot is kunst niets en het genot is altijd in de aanvang het grootst!  
( De Groene Amsterdammer. 1960)

Joseph Mallord William Turner (1775 - 1851)  - Venice - Venetië -  waterverf op papier
De Engelsman Turner was zijn tijd ver vooruit, niet de virtuoze tekenaar a la Sargent maar
Turner kon in zijn 'abstracte' kleurpartijen zoveel suggestie leggen, zoveel trilling van kleur, dat men
hem later wel als voorloper van zowel het impressionisme als van de abstracte schilderkunst ging  zien.






Wassily Kandinsky (1866-1944)
Deze compositie uit 1910 wordt al dan niet terecht als het eerste

moderne abstracte kunstwerk bestempeld.
Waterverf op papier.

Emil Nolde (1867-1956), een ware colorist
aquarel op papier 1946
De Duitse expressionist (die Brücke) Emil Nolde kreeg

van de Nazie's een schilder verbod Om dit verbod te
omzeilen en de kans op ontdekking zo klein mogelijk te
houden durfde hij in die periode vanwege de geur niet meer
met olieverf te werken, maar hij werkte des te meer met
het reukloze waterverf materiaal.Nolde
 mengde zijn
verf  zelf met pigmenten 'ter plekke' en kreeg mede
daarmee zijn tijdloze  prachtige uitbundige kleuren.


'Aquarel is niet in de mode.'

Mocht ik nog niet duidelijk zijn, een geschiedenis van de aquarel is op dit moment niet mijn opzet. 
Deze winter hoorde ik van een cursist die aan anderen vertelde op waterverf les te zitten de reactie van haar gehoor; 'Aquarel les, aquarel, dat is toch uit de mode?!' Ooit was het echt in de mode, en dat vond ik eerlijk gezegd ongezond. Mode, geen mode ....  het is een prachtige techniek waarmee veel valt uit te drukken, het is zoveel meer dan mode. Dat wil ik naar voren brengen. In de periode van de mode zijn heel veel slechte aquarellen gemaakt, niet goed voor de reputatie maar daar kan het medium, de kunstvorm niets aan doen.
Er bestaat goede kunst en slechte, mode en continuïteit, overdracht van kennis en traditie waaruit weer nieuwe traditie kan voortkomen.

Wat trouwens, is mode?  Plaatjes inkleuren misschien? Ik zou willen adviseren verlaat de kudde en ga juist meer op avontuur en oordeel zelf.

Dordtse impressionisten.
In een volgend bericht wil ik me graag toespitsen op de Dordtse impressionisten en de aquarel.
Een bescheiden, maar interessante, aanvulling op het boekje dat ik over hen schreef.


Meer over aquarel? Zie de labels in de kolom rechts van de pagina.

Peter van Loon

Telefoon                 078 6135913



Facebookpagina    facebook.com/petervanloonbeeldendkunstenaardordrecht

Website                 www.petervanloondordrecht.nl

Pinterest               www.pinterest.com/petervanloon1

Geen opmerkingen:

Een reactie posten